//////
DEN UIER GAAT VIRAAL
De redactie krijgt er maar geen genoeg van. Ze zal u komende periode verblijden met een wekelijkse dosis aan luister- en leesvoer.
DE KOE KIJKT TV
Lou Sanders
Voor diegenen die twee weken geleden zapten naar De Afspraak, werden getrakteerd op alweer een mooi stukje televisie. Gasten van dienst aan de Aguirre’s opgeschaalde tafel waren bioloog Dirk Draulans, Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck en columniste/journaliste Mia Doornaert. Deze laatste was van de partij om er haar laatste boek Tegendraads voor te stellen. Hierin gaat ze tegen de stroom van de publieke opinie in via een bundel columns die ze de afgelopen decennia schreef. Een soort postume actualiteit.
Dat Doornaert de controverse niet schuwt, bewees ook één van haar vorige passages in het programma. Toen nog onder toezicht van Bart Schols, schopte ze ferm tegen de schenen van de Vlaamse jeugd door ze af te schilderen als een generatie watjes. Aan de overkant van de tafel, toen nog in zijn oorspronkelijke grootte, diende bevoegd Vlaams minister Benjamin Dalle (CD&V) haar van weerwoord. Doornaert nam er akte van en spinde nog wat stuntelig verder.
Deze uitzending was het terug van dat, omstreeks twee over negen. De gasten hadden zich bijeen geschaard om het te hebben over -uiteraard- de coronacrisis, maar ook over de steeds nijpende droogtecrisis. De afgelopen weken viel er amper een druppeltje regen waardoor het grondwaterpeil veel te laag staat. Daarbovenop wordt dit alleen nog maar verergerd door de ruimtelijke ordening van het Vlaamse landschap: te veel verharding, te veel drainage. Atleet Aarde kan niet meer ademen, moet daarbovenop thuis nog eens een balk wegnemen om zich vervolgens nog naar de winkel te haasten om een stel sponzen in te slaan. Dat er twee weken geleden consensus onder het drietal was, dat we met een probleem zitten, stond buiten kijf. Dat het een pars pro toto is voor de klimaatverandering, ook.
De vraag stelt zich dan hoe we dit aanpakken en dat blijkt toch een ander paar mouwen te zijn. Of liever een nieuwe jeansbroek. In het eerste luik over de droogtecrisis, deed Dirk Draulans helder beleidsmatige en natuurlijke tekortkomingen uit de doeken in het Vlaamse (politieke) landschap. Leo Van Broeck mengde zich ook in het gesprek door wetlands naar voor te schuiven als mogelijke remedie voor de droogte. Op een paar dystopische uitspraken na, bleef het gesprek vrij concreet. Toen het tweede luik ‘Wat na Corona?’ aanbrak, begaven de twee heren zich op meer ideologische gronden. De woorden mentaliteitswijziging, anti-verkaveling en consumptiegedrag passeerden zo een paar keer de revue. De discussie verloor helemaal haar Do-It-Yourself-karakter dat in het eerste luik nog zo aanwezig was. Het vizier werd helemaal gericht op Let-Politics-Do-It-For-You.
Mia Doornaert bleef natuurlijk geen uur stil spinnen. Of het nu het eerste of tweede luik was, ze ontpopte zich als een koele minnares van de uitspraken van de twee heren. Ze mag dan misschien de kraan toedraaien wanneer ze haar handen wast, ze vroeg zich toch luidop af wat met al die villa’s en fermettes gaat gebeuren als we meer overstromingsgebieden gaan aanleggen? Op een ander ogenblik liet ze zelfs het woord ‘totalitair’ vallen, wanneer ze opmerkte dat Van Broeck de mogelijke aanpak van de droogte/klimaat-problematiek koppelde aan het relance-plan voor de corona-crisis. Het leek voor Doornaert een voorbode te zijn voor een verdere beperking van de keuzevrijheid die deze crisis al kenmerkt. Wat later nam ze zelf het woord mentaliteitswijziging in de mond toen het ging over het inschakelen van de ‘eigen’ jongeren als seizoenarbeiders. Blijkbaar nog steeds een bende watjes. Daaraan gelinkt, was haar geloof in een meer lokale en duurdere voedselproductie ook niet zo groot.
Is Mia Doornaert dan tegendraads en controversieel te noemen? Of eerder kritisch en nuchter? Dat moet u zelf bepalen. Het viel wel op dat, toen bij de start het gesprek iets concreter werd gevoerd, ze zich toch wat afzijdig gedroeg.
Een uurtje tv is natuurlijk te kort om al deze crisissen het zwijgen op te leggen. Helaas vervalt dit zo snel in generische uitspraken of leuke anekdotes, die door elkaar vliegen. Om af te sluiten, is het bijvoorbeeld frappant om Leo Van Broeck eerst te horen verkondingen dat de kernen meer groen moeten worden, om vervolgens te verklaren dat Brussel – met zijn 124 parken – al voldoende groen heeft. Een ogenschijnlijke tegenstelling, maar tijd om uit te wijden is er niet. En daar staat Mia Doornaert dan met haar draad. Oppassen, niet struikelen!
#4 VOLGEBOEKTE VOORTUINEN
Lise-Lotte Moeres
In de verkavelingswijken schreeuwen we over de gemene muren en koekeloeren we zo opvallend mogelijk doorheen de sparren. Het breekt de Vlaming die het afgelopen decennium zijn levendig groen te hoog liet groeien, zuur op. Hij is nu het slachtoffer van zijn eigen sociaal isolement. Wijkbewoners geven hun stilstaande wagens wekelijks een goede schoonmaakbeurt, schrobben massaal hun oprijlanen, verwijderen dagelijks het inmiddels onzichtbare onkruid en controleren frequenter dan ooit hun brievenbussen, volgestouwd met bpost-kaarten. Dit allemaal in de hoop een glimp op te vangen van de buitenwereld of - in het beste geval - de anders zó vervelende buren.
Menig verkavelingsliefhebber is in deze corona-tijd tot vervelens toe in zijn voortuin te vinden. Waar deze tuinen voorheen hét statussymbool van de sociale wijkhiërarchie formuleerden, transformeren ze nu in een sociaal lappendeken van zien, en vooral, heel graag gezien worden. We tasten de grenzen van onze percelen af. Voortuinstroken worden opengesteld als plekken van ontmoeting. Massaal delen we de grijze zone tussen voorgevel en straat. Het is een plaats waar we nog durven stilstaan voor een gesprek, mits behoud van de social distancing quota. De anders zo dode strip aan voortuinen adopteert vandaag de fleurigheid van de normaliter zo druk bezochte horecaterrassen.
Nu we samen geen publieke momenten meer mogen delen, groeit de behoefte om onze private ruimte open te stellen. De kwaliteiten van leven in gemeenschap klinken na tien weken quarantaine voor de meeste gezinsleden als muziek in de oren, de gedachte van één jaar in verkavelingsisolement dan weer als een doodsteek. We willen opnieuw delen, bij elkaar zijn, mét elkaar leven. We willen ons terug deel van het geheel voelen, meer dan een archipel aan kleine enclaves. En waar deze gemeenschapsgevoelens beter sprokkelen dan in onze buitenproportioneel verharde voortuinen.
De beste voortuin krijgt de hoogste aantrekkingsscore. Laat dit niet deze met de dikke oprijlaan of de dubbele parkeerplaats voor de poort zijn. We verkiezen gras tussen onze tenen boven verbrande voetzolen. We verpotten en ontharden naar believen. Strandstoelen en ligzetels verschuiven mee met de schaduw van de Catalpa’s die de voortuin sieren. Het meest zonovergoten, groene voorland wint. Nu de strandvakanties nog uit den boze zijn, pootjebaden we in de waterpartij of wadi aan de straatkant. Deze zomer boeken we massaal playa del voortuin. Vlaanderen Vakantievoorland.

////Illustratie door Laura Vander Mijnsbrugge
EEN LIEFHEBBER VAN DE NACHT-SPREKEN IN TIJDEN VAN CORONA
Laure Machtelinckx

LIKE & SHARE, SPREAD THE WORD OPEN BRIEF VAN EEN GEBOUW
Laure Machtelinckx
Net zoals u, voelen we minder aanwezigheid en hebben wij een sociale drang.
Ik, Plateau (130), heb samen met mijn collega’s, Ufo en Brug, een collectiefje gestart. Met dit collectief willen we onze leegstand aankaarten. Wij staan leeg en voelen ons niet meer nuttig. We merken echter dat er heel wat problematische en soms schrijnende taferelen buiten onze muren plaats vinden en willen ons ter beschikking stellen. Vandaar deze open brief.
Ik, Plateau, had een eerste voorstel richting de Ugent, om onze eenzaamheid aan te pakken. Zo dacht ik om mijn gesloten mooie blauwe ( 0, 204, 204 ) bibliotheek weer te openen. Wel moet dit nog steeds corona-proof gebeuren. Zo dachten we aan een systeem waarbij er een Collect-en-Go plaats wordt gemaakt. We dachten aan de piscines langs mijn rechterkant aan de Gezusters Lovelingstraat, om zo ook deze hoek eens op te waarderen. Het atelier zou ik ook graag terug openstellen – mits een atelier-tafel-afstand tussen. Mocht er hierdoor niet genoeg plaats zijn, is er natuurlijk ook nog de vanzelfsprekende optie om in de kelders te werken. Het Salon zien we dan weer als een ‘no-go zone’, maar wat niet mag, trekt de mens aan, dus noemen we het de ‘go-zone’.
Brug dacht dan weer eerder aan ophaaldiensten :
“Onze maaltijden zijn nog steeds een deel van het studentenleven. Ik zou dan ook graag aan alle studenten, waaronder zeker de eerstejaars, dit gevoel willen teruggeven. Corona mag jullie studententijd niet zomaar afpakken. Vandaar het voorstel voor de ophaaldienst. Mis je opeens die veel te zware spaghetti van de Brug, of de lekkere soep met kroetjes? We willen jullie graag helpen. Enkel betalen met E-purse zal mogelijk zijn, zo zorgen we er ook voor dat dit meer wordt gebruikt. Ook hebben we tijdens deze tijden kunnen nadenken over een nieuw specialeke voor de broodjes : “CoRoomNo” Komkommer-Room-Noten, héérlijk verrassend!”
Ufo heeft het druk gehad met de verkiezingen aan de UGent, maar heeft toch nog een kort voorstel op tafel kunnen leggen. Zo moet u weten dat er zich boven haar open publieke plint heel wat administratie bevindt. Waaronder ook de psychologische hulp van de UGent. Ufo besefte als geen ander dat dit een zware periode is voor velen onder ons. Maar uitdrukkelijk merkten we een grote problematiek bij onze thesis-studenten: de eenzaamheid en het eindeloze werken, waarbij enkel zoom-gesprekken een tijdelijke oplossing bieden. Het per ongeluk botsen met een student van een jaar of 2 onder jou, om dan urenlang te kunnen praten over jouw thesis, is helemaal verdwenen. Het negeren van je thesis gaat ook helemaal niet meer. Je bezatten in je eentje leidt tot nog grotere problemen. Het heropenen van deze bureaus voor gesprekken met de psycholoog zou al een mooi voorstel zijn. Mochten we dit voorstel niet kunnen waarmaken, is er nog een tweede voorstel. Namelijk, de mogelijkheid om uw persoonlijk aangewezen psycholoog toe te voegen aan het thesis zoom-gesprek. Zo kan zij/hij uw promotors er steeds op wijzen dat dit een hele zware periode is en bent u mentaal ondersteund. Ook zullen enkele bachelors zich ter beschikking stellen waarbij u uw thesis vanaf het begin weer kunt uitleggen.
Ons collectief hoopt met deze brief de UGent aan te wakkeren, omdat het tijd is voor actie. Relativeren-compenseren- en-activeren!
Durf doen.
Hoogachtend,
Platti, Uf0 en BRUH
23/05/2020
#3 TUSSEN DE LAKENS
Lise-Lotte Moeres
We zitten samen op het bed, de prof en ik. We keuvelen gezellig, spreken over koetjes en kalfjes. Tot de situatie omslaat. De smalltalk loopt op zijn eind en het wordt duidelijk wat zal volgen. Waar dit écht om zal draaien. Heel ervaren zijn we hier allebei nog niet in. Ik schuif oncomfortabel heen en weer op mijn ouderlijk eenpersoonsbed. Vluchtig geef ik een tik aan de bruine teddybeer naast me zodat die net buiten het zicht van de prof glijdt. De sfeer is gespannen. De prof schraapt ongemakkelijk zijn keel en ik zoek paniekerig zijn ogen.
Op dat moment valt mijn partner de ruimte binnen. Een kleine ontlading in een gloeiend moment. Hij stond al een tijdje te luistervinken. Onwetend op welk tafereel hij zou stoten. Stilletjes verscholen op de achtergrond tot de stilte hem de opening gaf om ons afspraakje te vervoegen. Nu nog een stem de ruimte vult, voelt mijn bed ineens heel klein en kwetsbaar aan. We verhuizen richting mijn bureau. In één armbeweging schuif ik al het materiaal van het tafelblad. We hebben plaats nodig.
Met gekruiste benen neem ik plaats voor de prof en mijn partner in crime. Mijn huid verstijft bij de aanraking met het glazen blad. Het doet mijn hele lichaam sidderen en stiekem hoop ik dat dit niemand opvalt. In de spiegel zie ik de reflectie van dit tafereel. Nu ik zit voel ik me erg naakt. Mijn pyjamabroekje ziet er ineens heel ongepast uit. Een diepe zucht van de prof doorboort mijn gepeins. Met zijn grote handen strijkt hij over zijn gezicht en ik zie de vermoeide blik in zijn ogen. De spanning is te snijden. Op elk moment kan een gezinslid de slaapkamer binnenstormen.
Ongemakkelijk kijken mijn groepspartner en ik elkaar aan. Onze ogen spreken boekdelen. Stiekem communiceren we al typend met elkaar. Het maakt de prof ongeduldig. Zijn geveinsde enthousiasme penetreert de stilte. Met ruwe stem vraagt hij me: ‘Kunt u alstublieft uw microfoon uitzetten? Er zit een enorme ruis op uw lijn’. Ik bloos ongemakkelijk, zet de micro uit en zoek grabbelend mijn oortjes tussen al het materiaal dat naast me op de grond ligt vergaard. Even later ronden we het Teams-gesprek af. Een last valt van mijn schouders. Voor het eerst in het afgelopen uur kan ik weer rustig adem halen.

////Illustratie door Laura Vander Mijnsbrugge
SHUTDOWN
Ken Standaert

PODCASTS REEKS 2
DE BOURGONDIËRS ***
Middeleeuwen
Lage Landen
Oorlog en de Pest
Ideaal te luisteren
tijdens een lange treinrit, een rustig moment, eventueel bij de was en de plas, maar je zal je aandacht erbij moeten houden.
Korte inhoud:
Die geschiedenislessen over de middeleeuwen, vol feiten en data, omgedoopt tot indrukwekkende verhalen doorspekt met verwondering en hoorbaar enthousiasme. Voor liefhebbers van vorstelijke kronieken, legendes en ridderverhalen zeker een aanrader, voor anderen misschien de kans om het te worden.
Te vinden op:
spotify; soundcloud; google podcasts; itunes
C41 ***
Fotografie
Amerikaans
Kunst
Ideaal te luisteren bij
het puzzelen, een glas wijn op de bank, in bad liggen, zonnen, wandelen …
Korte inhoud:
In C41 praat Willem Verbeeck over de kunst van fotografie. In elke aflevering staat één specifieke jonge fotograaf centraal. Samen filosoferen ze over de betekenis van fotokunst en waar deze zich onderscheidt van andere media. Kleine tip: bekijk zeker vooraf het werk van de fotograaf in kwestie, anders is de aflevering soms moeilijk te volgen en blijft het allemaal wat op de oppervlakte hangen.
Te vinden op:
spotify; player fm; listen notes; podtail; youtube
IEMAND ***eneenhalf
Waargebeurd
Luisterverhalen
Meeslepend
Ideaal te luisteren bij
het werken, opgepast: je droomt er nogal gemakkelijk op weg. Perfect voor bij huishoudelijke taakjes.
Korte inhoud:
Iemand gewoon, iemand zoals jij en ik maar iemand met een buitengewoon bijzonder verhaal. Een podcast die de luisteraar meeneemt in de gewone levens van gewone mensen, of zijn ze dan toch niet zo gewoon?
Te vinden op:
spotify; radio 1
KLARA: RUBENS ***eneenhalf
#IkluisterBelgisch
6de leerjaar
bekende vlaming
Ideaal te luisteren bij
het computeren, want er horen foto’s bij elke aflevering, dus af en toe moet er geswitcht worden naar de website. Niet aan te bevelen tijdens het autorijden.
Korte inhoud:
Acht afleveringen in totaal een uurtje. Werd als een tof sprookje verteld, met hier en daar wat sfeergeluiden op de achtergrond, soms was dit een orkest, soms een pauw. Het katapulteert je terug naar de Renaissance.
Te vinden op:
spotify; klara
CORO NA LITTEKENS
Ellen De Sloovere
Het vrij zijn, vrij handelen en gaan waar je wil is op heden dag ingeperkt tot het minimum. Maar wat na dit minimum? Wat als we terug ‘vrij’ mogen lopen en gaan. De littekens die het virus met zich meedraagt zijn duidelijk in hoe we ons verhouden tegenover elkaar, maar ook tegenover onze omgeving. Uiteenlopende situaties worden verwerkt tot een nieuw hedendaags gebeuren. Dat parkbankje waar iedereen gezellig naast elkaar geplet zit om te grabbelen uit een zakje chips: dat is verleden tijd. Niet alleen zal elk zijn zakje hebben, waarschijnlijk worden de afzetlinten vervangen door aparte zitstoeltjes. Tenzij je op elkaars schoot gaat zitten, zal er niet veel meer opzitten dan plaats te nemen naast elkaar met een zekere afstand. Een dwingende scheiding.
Niet alleen parkbankjes zullen veranderen. In het nieuws deed het de ronde dat winkelkarren een traject moesten volgen in de toekomst. Ik moest lachen. Stel, je bent iets vergeten, dan nog maar eens heel die ellendige toer door de supermarkt achter al die andere mensen die tergend traag nog al hun benodigdheden moeten nemen. Dat allemaal voor die fles melk uit gang vijf. Wat een absurd idee. Wie bedenkt dit toch?
Los daarvan is het idee er wel mee gezet dat er iets moet veranderen aan de ruimtes waarin we samenhokken en het patroon waarmee we ons doorheen het dagelijkse leven bewegen. Het valt niet te ontkennen dat ternauwernood een gezondheidsramp werd ontweken. Terwijl de verpleegsters en dokters nog napuffen en kreunen onder de druk van de piek wordt er gewerkt aan een toekomstplan waarbij het virus als partner wordt toegewezen aan onze samenleving.
‘Social distancing’ wordt de norm; sociale interactie wordt beperkt, publieke ontmoetingsplaatsen worden ontmanteld. Het idee van een traject, eenrichtingsverkeer treedt in op een geheel nieuwe schaal. Waar voorheen auto’s werden gelimiteerd, wordt nu een massa van individuen in zijn handelen beperkt. Mensen moeten rechts houden in winkelstraten en waar dit niet mogelijk is, houdt een op de grond gespoten sjabloon ze tegen om tegen de mensenstroom in te gaan. Normaal gezien heeft eenrichtingsverkeer als doel dat er geen botsingen ontstaan tussen voertuigen. Analoog aan het accident tussen twee voertuigen wordt nu ook de botsing tussen twee individuen als accident beschouwd.
De evolutie in erkennen, accepteren en leren leven met het virus is razendsnel gegaan. Een volledige samenleving werd op enkele maanden tijd herschikt. Dingen waarmee voorheen werd gelachen en onbedenkelijk waren, zijn nu een serieuze zaak geworden.
Op het nieuws van 1 april 2019 viel er te horen: ‘winkelkarretjes moeten vanaf nu rechts houden in de supermarkt.’ En – haha - wat was het grappig… tot het werkelijkheid werd.
#2 LEVEN OP DE RAND
Lise-Lotte Moeres
Ik liep laatst door de straten van Gent en struikelde over de verschillende hoopjes mens gedrapeerd op de stoep. Languit zonnebadend op een strandlaken over de grijze tegels. Langzaam nippend aan een glas wijn vanuit het deurportaal. Langmoedig bengelend met de benen doorheen het raamportiek. Met de neus piepend naar buiten, de buitenatmosfeer opsnuivend en de longen vullend met verse lucht. Tegelijkertijd krampachtig vasthoudend aan de muur die de veilige ruimte van ons kot veinst.
Het is markant hoe de stadsgevel zijn articulatie benadrukt nu we zo talrijk binnen leven. We hinkepinken tussen de voordeur en de stoeprand. We gooien ramen en deuren open om aan de wereld tentoon te stellen hoe sociaal wij in corona-tijd wel niet zijn. Eenmaal buiten wringen we ons in bochten om de regels van de social distancing te paaien. In de binnenstad blijkt dit op voetpaden van amper één meter breed een heuse uitdaging. We stuiven als voetganger langsheen de gevelrijen, die een derde dimensie hebben opgestreken. Activiteiten ontplooien zich vanaf nu ook ín de gevel. Deze doet dienst als klimrek, als bar, als ontmoetingscentrum. Het is onze fysieke verbinding met de buitenwereld.
We houden als passant afstand van deze opgeladen façades. Vooral uit angst dat iemand er onverhoeds ten tonele verschijnt. Dus we balanceren als kleine kinderen op de stoeprand. Zoekend naar het evenwicht dat ons zal behoeden voor de val. Een stabiliteit die ons terug in harmonie stemt met onze omgeving. We beschutten ons voor wie we kruisen op deze koers. Voorheen maakten we ons druk over ongemakkelijke begroetingen met voorbijgangers. Nu berekenen we krampachtig de afstand die zich tussen onze lichamen bevindt. We verhuizen van de stoeprand naar de straten die gevuld raken met vermoeide ogen die elkaar kruisen, en stilzwijgend blikken die met elkaar instemmen. Meanderend stuiven we over het asfalt en slalommen we ons een weg tussen de menselijke obstakels.
De ruimte tussen gevel en straat transformeert zo in een klein stukje niemandsland. De gevels verorberen deze ruimte, of beter gezegd, de gebruikers van de gevels eisen deze ruimte op. De stoeptegels met onkruidsprietjes die van tussen de voegen komen koekeloeren, doen dienst als verlengde van de bakstenen. De gevel transformeert met de stoep tot een corona-kamer. Een plek waar we ontsnappen aan de maatregelen en ons tegelijkertijd veilig wanen. Een moment van sociale stilstand en tegemoetkoming. Een grens gevuld met ruimtelijkheid. Een ruimte gevuld met activiteit. De gevel als het haardvuur, als het hart van de woning. De stoeprand als de frontlinie. Het corona-vertrek als het centrum van ons domestiek bestaan.

////Illustratie door Laura Vander Mijnsbrugge




////Illustratie door Laure Machtelinckx
PODCASTS REEKS 1
BOB *****
Luisterverhaal
Ontroerend
Over liefde en scheiding
Ideaal te luisteren bij het niets doen, werkt even ontspannend als een serie. Kruip gewoon maar
lekker op de bank, koptelefoon op en genieten vollenbak.
Korte inhoud: Een documentaire in prozavorm, over drie vrouwen die op zoek gaan naar Bob, iemand die
misschien helemaal niet bestaat. Prachtig luisterverhaal.
Te vinden op: vpro; spotify
CRIME JUNKIE ***eneenhalf
Bloedstollend.
Verslavend.
Moordend.
Ideaal te luisteren bij
het koken, photoshoppen, autocad kuisen en alle andere hersenloze bezigheden.
Korte inhoud:
Twee vriendinnen rakelen oude, mysterieuze en onopgeloste politieverhalen op. Ze schetsen een uitgebreide beschrijving van de zaak, geven een stem aan alle betrokkenen en doen de meest recente ontdekkingen uit de doeken. Dit alles doordrenkt met een aangename, enthousiaste en warme stem.
Te vinden op:
spotify;
crimejunkiepodcast;
iheartradio
DESIGN AND ARCHITECTURE ***
Pop
Amerikaans
Informatief
Ideaal te luisteren bij
maquette's maken, zeer luchtig en interessant
Korte inhoud:
architecture in Parasite, housing in LA cities, streetlight competitions
Actuele architecturale onderwerpen vanuit Amerikaanse visie
Te vinden op:
spotify;
kcrw; itunes
99% INVISIBLE *****
Geschiedenis
Architectuur
Maatschappij
Ideaal te luisteren bij
treinrit want eist al je aandacht
Korte inhoud:
Chinatown, Bijlmer: city of the future, Froebel’s Gifts;
Rustig verhalend met veel primaire getuigenissen van verschillende mensen.
Voor fans van Architectuurgeschiedenis 2!
Te vinden op:
spotify;
99percentinvisible; itunes
DE VOLKSJURY *****
Onopgeloste moorden
Spannend
Conspiracy theories
Ideaal te luisteren
in je zetel met een theetje, alsof je jouw tantes hun geroddel hoort .
Korte inhoud:
Twee vriendinnen speculeren over true crime zaken op een toegankelijke manier met een goede dosis humor.
Zeer verslavend! Even binge worthy als eender welke Netflix serie.
Te vinden op:
spotify;
soundcloud;
podcastluisteren;
itunes
DAMN, HONEY ****
afl.:vrouwen maken gewoon minder snel goede muziek
Feminisme
Satire
Professionele wereld
Ideaal te luisteren bij
activiteiten zoals eten, rijden/fietsen/wandelen, momenten van auditieve aandacht.
Korte inhoud:
Vrolijke sfeer maar serieus onderwerp. Reeks met meer dan 40 afleveringen, in deze komt vooral evenwaardig behandelen van bekwaamheid, of net het gebrek daaraan, aan bod. “Als het je opvalt dat een specifieke groep minder goed presteert in welke branche dan ook, vraag je dan eens af hoe dat in hemelsnaam zo kan zijn en doe er iets aan.”
Te vinden op:
spotify; itunes
de sociale dimensie van COVID19
Dialoog tussen Thibault De Smet & Lamia Kocaman
Het hoeft geen betoog dat deze komende weken de kwantiteit aan sociaal contact drastisch verminderd is. De belevenis van ‘sociaal zijn’ is helemaal veranderd.
T: Hebben we als mensen een bepaalde hoeveelheid ’samenzijn’ nodig? Die hoeveelheid, die zowel kan ingevuld worden door virtueel, fysiek of mentaal samenzijn, zou dan afhankelijk zijn van enerzijds de kwantiteit van de contacten en anderzijds de kwaliteit en intensiteit ervan. We hebben in deze corona-tijden dus een probleem als we die bepaalde hoeveelheid samenzijn willen bereiken - waarbij de enige optie eruit bestaat de intensiteit te verhogen, en dus ofwel intensere, nieuwe dingen te doen (vb. applaudisseren met de hele buurt (amai, we zien de buren eens!), met heel Europa You’ll Never Walk Alone zingen, …), ofwel om het contact intenser te beleven en dus meer waarde te hechten aan een contact dat we reeds kennen - gezelschapsspelletjes zijn plots wél weer tof en stiekem genieten we misschien wél van iemands ambetante karaktertrek.
L: Er is een stijging van een bepaald gemeenschapsgevoel dankzij deze crisis, die er voorheen niet was in België (mede dankzij het gebrek aan nationalisme en collectief geheugen). Het sociaal zijn vindt niet langer plaats in de klassieke publieke ruimte maar op het internet. Waarvoor dienen onze lege, publieke ruimtes dan nog eigenlijk? Voorheen waren ze al een polariserend onderwerp. Nu komen ze nog meer in het gedrang omdat ze in onbruik zijn. Wanneer we weer buiten mogen, zullen we de stad dan hertekenen met een streepje verf en verkeerskegels om zo wél sociaal te zijn op anderhalve meter afstand? “De gezonde stad” probeert men nu letterlijk op te vatten. Zelfs na de crisis zal de functie van de publieke ruimtes zoals we ze nu kennen en de manier waarop we ze zullen hertekenen kritisch bekeken moeten worden.
L: Het valt op dat de meeste mensen hun toevlucht vinden in de virtuele ruimte, als publieke ruimte, om het verlangen aan sociaal contact te vervullen. Voor even doen we alsof we in dezelfde ruimte zijn. Wanneer het scherm stilvalt, bevinden we ons echter alleen in onze kamer. Dit brengt een bepaald verdriet met zich mee. De switch van online naar offline, van virtueel naar interieur gebeurt nog niet zo soepel. Zouden we specifieke ruimtes moeten ontwerpen om naar de virtuele ruimte te kunnen gaan? Een cocon die ons veilig houdt.
Of misschien moeten we juist de virtuele ruimte herontwerpen. Sunnieday is een letterlijke invulling van het laatste. Het neigt echter naar een virtual reality die dan weer andere gevaren met zich meebrengt. Het ontbreekt ook aan gedragscodes online. Enerzijds omdat er geen sociale controle is, niemand is getuige van wat ik zeg en anderzijds omdat een etiquette invoeren al direct op juridisch niveau zou moeten gebeuren.
T: Ik maak me misschien minder zorgen om het statuut van de publieke ruimte, net omdat ze nadrukkelijk in vraag gesteld kan en zal worden. Er komt wel een oplossing voor, dat debat zal gehouden worden. Er zal misschien een kentering komen, en zo dendert de trein maar verder. Zoals je terecht opmerkt, vluchten we dan wel allemaal richting virtuele ruimte, toch zitten we nog altijd in een echte ruimte, het achterblijven aan de rand van het virtuele netwerk zoals BV dat zo mooi zegt. Maar toch: we hebben als mensheid weer iets gevonden om ons nuttig te kunnen maken. De virtuele ruimte is geschapen, een nieuwe kring is gestart, mensen duiken erin, bekritiseren het, negeren het bewust, zijn eraan verslaafd - waarbij men dan catchy in de media kan verkondigen dat we als mens fundamenteel veranderd zijn, hetgeen ik eerder toeschrijf aan een groot opportunisme, een dadendrang en een miskenning van de miljoenen jaren die we hier al rondlopen, dan aan een genuanceerd en goed geïnformeerd standpunt. We kunnen onszelf en onze generatie weer speciaal noemen - we moeten de wereld redden en we leven zogezegd niet langer in de realiteit. Phanta rei, alles stroomt, de publieke ruimte verandert misschien van gelaat, maar ze zal altijd blijven bestaan: we kunnen niet zonder.
L: Ja, maar in welke vorm precies? Volgens mij moeten we wel steden anders ontwerpen vanuit deze crisis. Dit is namelijk een ideale opportuniteit. Er is een ambigue beleving van de publieke ruimte. Enerzijds wordt in de steden, waar niet ieder zijn eigen tuintje heeft, de nood eraan nu nog meer duidelijk. Anderzijds lopen ze leeg en vindt men een toevlucht in de virtuele ruimte. De stad voldoet niet aan de behoeftes van zijn inwoners. De toegang tot bepaalde open ruimtes zoals bijvoorbeeld collectieve moestuinen toont ook het geprivilegieerd karakter van deze plekken. Dit zijn geen nieuwe pijnpunten maar de vraag “wie heeft recht op de stad?” klinkt nu nog luider. Omdat sinds lange tijd het huis opnieuw centraal is. Het belang van een kwaliteitsvolle woning beleeft iedereen momenteel. Voor de meesten buiten de stad is “blijf in uw kot” makkelijker gezegd.
T: Ik heb nog een vraag. Wat als we de virtuele ruimte, met zowel haar publieke als haar private luik, nu eens denken als een integraal deel van de tastbare, reële ruimte, die eveneens privaat en publiek kan zijn? Ze is er nu toch. Misschien kan ze dan dienen als plek waar we enkele problematische aspecten van de huidige private en publieke ruimte kunnen naartoe schuiven? We kunnen immers vijandig tegenover haar - de virtuele ruimte - staan en vrezen dat ze enkele aspecten zal stelen van de reële ruimte, of: we kunnen ook accepteren dat dit reeds gebeurd is, maar dit inzetten ten voordele van de reële ruimte, die ontlast kan worden.
L: Dit opent een interessante discussie! Volgens mij moeten we die virtuele ruimte met dezelfde nodige aandacht, die we de publieke ruimte al geven, ontwerpen. Software-ontwikkelaars en CEO’s hun taak is niet om een plek voor samenkomst te maken. Dat doen architecten! Wederom komt er een betekenis bij de architectuur. Inderdaad: “Alles ist Architektur.”
Een ongelofelijk uitdaging opent zich bij dit vraagstuk: ontwerp een ruimte die je niet kan zien, voorstellen of ergens plaatsen. Toch geloof ik dat het een fantastisch spel kan worden. Gelijkenissen met een gebouw worden ook snel getrokken. De layout is de gevel. Een wachtwoord geven, is door een deur gaan. Ramen kunnen geplaatst worden door getuigen zonder deelnemer te zijn. Een dag- en nachtindeling is ook perfect mogelijk. Het allerbelangrijkste in dit ontwerp zullen waarschijnlijk de condities zijn die je creëert.

////pagina uit Architektur ist alles, Hans Hollein, 1968
T: Wat zou het equivalent dan zijn van ‘met een warme tas chocomelk in de hand, in het raamportaal naar buiten kijken terwijl het sneeuwt’?
#1 Virtuele Walhalla
Lise-Lotte Moeres
Nu de deuren van de wereld op slot zijn gegaan, openen de sluizen van de virtuele hemel zich. We scrollen, swipen en liken massaal. Berichten stromen binnen via alle mogelijke kanalen, telefoongesprekken verbrokkelen onze routines en nieuwe media doordrenken onze dagen. Waar we voorheen op café gingen, borrelen we nu gezamenlijk op Zoom. Spelletjesavonden verplaatsen zich naar Houseparty. Eindeloze groepswerkdiscussies vinden hun plek op Teams. Zelf de auditoria nestelen zich op Bongo. Achtergronden worden met de regelmaat van de klok veranderd en we reizen van zonnige stranden naar pittoreske berglandschappen. Dit allemaal vanuit ons kot.
Voor zij die zich voorheen al niet in de online wereld wisten te aarden, is dit de hel op aarde. Toch botst ook menig onlinejunkie op de grenzen van dit extravagant mediagebruik. Maanden bevatten geen weken, weken geen dagen, dagen geen uren en elke dag is gewoon maandag. Ons tijdsbegrip in deze virtuele wereld glipt als zand tussen onze vingers. We vechten terug gewapend met alarmen, strakke planningen en dagelijkse doelstellingen. Alleen sneuvelt menig Viking al bij de eerste grote uitdaging van de dag: uit bed komen.
We raken massaal overprikkeld terwijl de buitenwereld zijn prikkels alsmaar meer verliest. De haat-liefdeverhouding met dit nieuw soort ruimte doet ons nostalgisch denken aan hoe het vroeger was, toen enkel slecht weer ons in ons kot hield. Nu de werkelijke wereld tijdelijk niet bereikbaar is en we onderprikkeld dreigen te vallen, zoeken we troost in dit virtuele walhalla. Voor een selecte groep een droom die uitkomt, maar voor velen een ware uitputtingsslag. We hunkeren naar externe prikkels en waar deze beter sprokkelen dan online. Ook al borrelt een diepe afschuw voor deze fysiek contactloze ruimte in ons op, het doel heiligt de middelen. Als verslaafden stalken we oude vrienden, rakelen we verloren gelopen conversaties op en bellen we onze dierbaren bij de vleet.
Helaas voldoet deze virtuele wereld niet helemaal aan onze noden. De ruimtes versmelten vaker in elkaar en we zijn onze capaciteit om gesprekken af te ronden ergens in een pre-coronaleven verloren. Discussies ontaarden steeds sneller in online ruzies en online verzoeningen blijken lastiger dan initieel gedacht. We raken sneller geïrriteerd, willen onze smartphones uit het raam gooien, maar krimpen tegelijkertijd ineen bij de gedachte volledig geïsoleerd te raken. Toch is er een sprankeltje hoop. Na zeven weken quarantaine zijn de eerste virtuele massa-aanvallen gelukkig als sneeuw voor de zon verdwenen. Al kan de ‘chatberichten negeren’ of de ‘alles markeren als gelezen’ knop hier ook voor iets tussen zitten …
